26/02/2019 - 12:03 Vakbonden en werkgevers hebben deze ochtend, na bijna twintig uur onderhandelen, een ontwerp van loonakkoord bereikt. Daarmee lijkt een eerste stap richting sociale vrede te zijn gezet. Al lijkt er nog geen volledige consensus te zijn tussen de betrokken partijen. Zo gaan niet alle vakbonden het voorstel verdedigen bij hun achterban, enkel voorleggen. De drie vakbonden zullen op 26 maart hun antwoord op het ontwerp formuleren. Lonen en overuren Concreet houdt het ontwerpakkoord een stijging in van de lonen met maximaal 1,1 procent bovenop de index. Inclusief de index komt deze opslag neer op 4,54 procent. Daarnaast gaan de minimumlonen ook omhoog, met 1,1 procent of 10 cent per uur. Ook zal de tussenkomst van de werkgever voor trein-, tram- en bustickets van de werknemers stijgen van 64 naar 70 procent. Het aantal overuren dat gepresteerd mag worden, gaat ook omhoog. Werknemers mogen nu 120 in plaats van 100 vrijwillige overuren per jaar draaien. Brugpensioen en uitkeringen Ook werden er afspraken gemaakt over het brugpensioen. Voor de lange loopbanen en de zware beroepen blijft het mogelijk om nog 2,5 jaar lang op 59 jaar op brugpensioen te gaan. Voor bedrijven in moeilijkheden en in herstructurering wordt de brugpensioenleeftijd opgetrokken van 56 naar 58 jaar in 2019, naar 59 jaar in 2020 en naar 60 jaar eind 2020. Landingsbanen blijven dan weer mogelijk op 55 jaar voor sommige uitzonderingsregimes, op voorwaarde dat vier vijfde wordt gewerkt. Voor oudere werknemers die halftijds werken, zijn die landingsbanen vanaf 57 jaar mogelijk. Ook de pensioenen en uitkeringen gaan omhoog. De laagste gaan omhoog met 2,4 procent, de hoogste met 1,1 procent. Consensus? Hoewel de vakbonden en werkgevers deze ochtend met een ontwerp naar buiten zijn gekomen, lijkt er geen algemene consensus te zijn tussen de betrokken partijen. Niet alle vakbonden gaan het akkoord verdedigen. Enkel de liberale vakbond zal het voorstel verdedigen bij hun achterban. ABVV en ACV gaan het akkoord enkel voorleggen. Op 26 maart moet duidelijk worden wat de leden van het voorstel vinden. De werkgevers staan daarentegen wel unaniem achter het ontwerpakkoord en zij zullen het voorstel dan ook verdedigen bij hun achterban.